In: Documentum, maart 2013
"Het achterliggende doel van Vergeer is om de filosofie van de late oudheid voor het voetlicht te brengen. In het bereiken van dat doel is hij met zijn aansprekende en vlotte schrijfwijze zeker geslaagd. Het geeft een mooie, goed gedocumenteerde weergave van het denken van veel verschillende bekende en minder bekende filosofen, zeker ook daar Vergeer het tracht te duiden met de kennis van latere denkers."
(...)
"Al met al is Vergeer er in geslaagd om een studie te bieden waarin je tot nadenken wordt gezet en dat aan de hand van een veelal onderbelichte periode die toch belangrijk is om de latere filosofieën recht te verstaan."
Ernst Plambeck

In: Credo, mei 2012
"In Wanden van de werkelijkheid beschrijft dr. Vergeer op uitermate goede manier, hoe de visie op de werkelijkheid in de late oudheid veranderde."
(...)
"Dat er voor de tijd niets was en dat God uit het niets schiep is een nieuwe inzet. En dat als de tijd ophoudt wij nooit meer avond of nacht beleven is de gevolgtrekking over het hemelse heerlijke bestaan bij Augustinus. Een uitermate leerzaam boek!"
W.J.W. Scheltens

In: Filosofie, jan/feb 2012
"De auteur getuigt van een grote eruditie. Zijn kennis van de besproken auteurs gaat terug op de bronnen zelf. Bovendien wordt veelvuldig verwezen naar moderne en hedendaagse filosofen."
Prof. dr. Samuel Ijsseling

In: Reformatorisch dagblad, 3 januari 2011
"In Wanden van de werkelijkheid beschrijft dr. Vergeer op magistrale wijze hoe de visie op de werkelijkheid in de late oudheid veranderde."
(...)
"Vergeer is iemand die zijn stof beheerst. Trefzeker weet hij aan te wijzen wat aandacht verdient of waar zich een belangrijke ontwikkeling voordoet. En hij schrijft mooi, met een zekere passie. Voor geïnteresseerden in de geschiedenis van de filosofie is dit boek zeker een aanrader."
Harry Groenenboom

Op: http://www.christusrex.be/
In het Nederlands bestaat heel weinig over de filosofie van de late oudheid. Doorgaans wordt ze minder interessant gevonden en stoppen overzichten bij de stoïcijnen om vervolgens verder te gaan met Gregorius de Grote. Maar net in de late oudheid spelen zich boeiende ontwikkelingen af, onder meer met Augustinus, Boëthius en Cassiodorus, die bepalend zijn voor de christelijke theologie van de vroege middeleeuwen. Vergeer trekt zijn verhaal tot in de zesde eeuw mer Gregorius de Grote en Beda Venerabilis. Vooral de laatste twee krijgen in dit boek de aandacht die hen toekomt, Beda meer nog dan Gregorius want Beda wordt hoofdzakelijk versleten voor een historicus. Het overzicht van Vergeer is werkelijk een fascinerende inkijk in het denken van de late oudheid.

In: Hermeneus, jrg.83 nr.5, 2011
"In het algemeen blinkt Vergeer's analyse uit door zijn fijne zin voor de betekenisnuanes en -evoluties van een reeks fundamentele filosofische concepten doorheen de eeuwen. Geleidelijke verschuivingen en breukmomenten worden steeds opnieuw zorgvuldig blootgelegd, waarbij het betoog doorgaans steunt op gedegen filosofisch onderzoek. Vergeer schrijft bovendien op een erg aantrekkelijke, onderhoudende en beeldrijke manier, zelfs waar hij vrij technische onderwerpen aansnijdt. Sommige van zijn stellingen gaan weliswaar wat kort door de bocht en al zijn zin voor nuances ten spijt vindt men hier en daar ongefundeerde en soms verrassende veralgemeningen."
Geert Roskam

In: NBD Biblion, 28-11-2011
"Deze studie situeert de bepaling van de textuur van dat hemelse baldakijn in de geschiedenis in de eerste zeven eeuwen van onze jaartelling, de tijd van het laatklassieke denken en de doorbraak van het christendom. Ze doet dat aan de hand van een levendige presentatie van tien belangrijke theologen en filosofen, en hun visie op tijd en geschiedenis, immanentie en transcendentie, aarde en hemel."
P. v. Gennip

In: Hermeneus
'een vruchtbare benadering van de antieke filosofie. Het resultaat is interessanter dan menig handboek. Daarom zal ik met belangstelling uitzien naar Vergeers gedachten over de filosofie in Rome.'
Frans de Haas

In: NRC/Handelsblad
'een boek dat zelfs specialisten in de Griekse filosofie tot nadenken zal stemmen, en misschien zelfs tot verwondering.'
Paul Cales